Conversatie
‘Weet je wat me mateloos irriteert’, klonk het luidkeels voor me in de tram. Nog voor zijn medepassagier naast hem kon antwoorden, volgde het antwoord al: ‘Van die gasten die ongegeneerd gaan zitten bellen en jij het hele gesprek kan volgen. Knap irritant, weet je dat. Het interesseert me geen ene mallemoer wat ze elkaar te vertellen hebben, maar je hoort elk woord wat ze zeggen. Daar vraag ik toch niet om…’
Ik kon een glimlach niet onderdrukken, net als de studentikoze jongen die schuin tegenover me zat. En onze blikken zeiden vol- doende toen hij zijn blik van zijn mobieltje afwendde en we elkaar toevallig even aankeken. We dachten beiden duidelijk hetzelfde. De man in kwestie stak een tirade af, die duurde van het Europaplein tot de kruising Van Wou/Ceintuurbaan, waar hij aanstalten maakte om uit te stappen. Zijn ergernis over luidruchtige telefoontjes was met de hele tram gedeeld. ‘U begrijpt’, zei de student, terwijl de man uitcheckte, ’dat de hele tram heeft kunnen genieten van úw conversatie’. De medepassagier, die er tijdens het betoog van de man geen woord tussen kon krijgen, schoot in een bulderende lach. ‘Steek die maar in je zak Koos’, zei hij en beide mannen verlieten de tram.
Na dit voorval, waarvan ik ergens in het najaar van 2023 mocht genieten, ben ik in het ov eens wat vaker gaan letten op gesprekken van anderen en dat is soms best vermakelijk.
Lijn 5 van Station Zuid naar het Concertgebouw. In de Beethovenstraat komen er een oma en haar kleindochter achter me zit- ten. Uit het gesprek was duidelijk op te maken dat het meisje bij haar oma bleef logeren. Ze was ongeveer zeven jaar oud, want uit de conversatie bleek dat ze in groep vier zat. ‘Hoe laat ga je bij mamma naar bed’, vroeg de oma. ‘Mag ik altijd zelf bepalen’, reageerde het meisje, ‘als het maar niet later is dan half negen.’ Oma grinnikte: ‘Dan moeten we die tijd maar aanhouden.’ Het meisje zuchtte.’Welnee oma, mamma is er toch niet bij? Als we niets zeggen, kan ik best wel later naar bed. Een uur of acht is ook best hoor.’ Oma lachte nu harder.: ‘Dat is goed hoor liefie.’
Een gesprek tussen een aantal meiden over de toekomst. De een streeft naar een maatschappelijke baan in de zorg, de ander gaat voor de advocatuur. Eentje wil gewoon worden als de Kardashians; rijk en beroemd. ‘Hoe dan?’ vragen de anderen. ‘Nou gewoon… door niets te doen!’
Twee jochies bij de bushalte. De een vertelt dat zijn opa in de vakantie is overleden. ‘Zielig’, zegt de ander. ‘Was-ie a al oud?’ Zeker wel vijftig jaar, denkt de eerste. ‘Allemachtig man, dan was-ie best oud, toch?’ Nummer één knikt instemmend. Het is maar hoe je tegen leeftijd aankijkt.
Nol de Vries