‘Zet een stoel voor mijn neus en ik word blij’

ls Anne Spit ergens blij van wordt, is het wel een stoel waarmee ze aan de slag kan. Als ze alleen al een kapotte stoel langs de weg ziet staan, begint haar hart al sneller te kloppen. “Want,” zegt ze, “niets is leuker dan zo’n stoel weer helemaal in de originele staat terug te brengen.”

Ze straalt al als ze het er alleen al over heeft. De stoel waarmee ze op dat moment bezig is, verliest ze niet uit het oog, Haar handen zijn constant bezig, het geklop op het houtwerk doorkruist de stilte op straat. De 41-jarige Anne zit nu zo’n dertien jaar in het vak en zit samen met een aantal meubelmakers in een pand aan de Rustenburgerstraat, waar ze allemaal hun eigen ruimte hebben. Aan de gevel wappert de vertrouwde groene ambachtenvlag: Made in De Pijp.

Anne omschrijft zich vaktechnisch als meubelstoffeerster, een vak waar ze eigenlijk bij toeval in terechtkwam. “Ik was klaar met de middelbare school en moest iets”, vertelt ze. “Ik dacht aan een studie fotografie of een opleiding tot edelsmid. Ik kende iemand die een meubelmakersopleiding deed, ging daar even kijken en kwam ik een meubelstoffeerder tegen. Dat was het. Ik had gelijk zoiets van ‘dat is leuk, dan kun je met mooie stoffen werken.”

In ieder geval zocht ze iets in de creatieve hoek. “Ik heb best handige handjes, alleen werkt het hoofd af en toe iets minder mee”, reageert ze lachend. “Wat het leuke is aan dit vak is iets dat helemaal gaar binnenkomt, dat helemaal weer netjes maken. Dat geeft superveel voldoening en je krijgt er ook super blije klanten van. En waarom meubels? Tja, elke meubels is anders, dus elke dag is anders. Echt, zelf de meest simpele dingen en herstelwerkzaamheden zijn een volgende keer toch weer anders. Dat maakt het ook heel afwisselend.”

En ja, elk meubelstuk is te maken. Soms is het ene wel moeilijker te restaureren dan het andere en natuurlijk zijn er moderne meubelstukken die kwalitatief te simpel in elkaar zitten, maar in 90 procent van de gevallen is elk meubelstuk te herstellen. “Het is inderdaad erg druk op het moment”, ervaart Anne, die dat voor een deel ook wijdt aan de coronacrisis. “Mensen zitten voornamelijk thuis en tegen halfgare meubels aan te kijken die hoognodig aan een restauratiebeurt toe zijn. Het wordt hoog tijd om ze eens te laten maken en tja, nu is het ook de tijd om dat te laten doen. En dat merk ik aan de drukte.”

Mensen laten sowieso toch vaker spullen herstellen en restaureren. Uitstervend is haar ambacht dan ook niet, denkt ze. “Misschien de klassieke manier van stofferen, dat dat op een gegeven moment voorgoed verdwijnt. Ik kan dat ook wel, maar er zijn steeds minder stoffeerders die dat kunnen. Het verschil? Dat zie je voornamelijk in de vulling. Tegenwoordig wordt over het algemeen schuim gebruikt, de klassieke manier gebruikt meer natuurlijke materialen. Mensen laten het nog steeds wel doen hoor, maar het is een stuk kostbaarder. Daartegenover staat dat het veel langer goed blijft. Het ademt meer, zit super lekker en de vering is heel erg fijn. Maar ik denk dat de klassieke manier van stofferen straks alleen nog voor en door musea wordt gedaan.” Toch ziet ze dat nog best wel veel jongeren kiezen voor de vakopleiding. “Ik krijg ook regelmatig jongeren die langskomen of ze bij mij in de leer mogen, maar helaas heb ik daar de ruimte niet voor. Dat geeft wel aan dat stofferen op zich niet uitstervend is.”

Belangrijkste is, gaat ze verder, dat je het leuk vindt om te doen. “Het is best hard werken en je wordt er niet per se heel rijk van. Ik vind het zelf gewoon een heel leuk vak. Zet een stoel voor me neus en ik word blij, echt. Maar ik zie ook in alles een mogelijkheid. Een mogelijkheid om het mooi te maken en dan wil ik het ook mooi maken. Ik ben gewoon een vakidioot. Ik zie al snel dat iets niet netjes gedaan is en dan jeuken mijn handen om het netjes te maken. Dan ga ik in de hypermode, haha.”

Anne Spit Meubelstoffeerderij

Rustenburgerstraat 285

06-41519338

info@annespit.nl

www.annespit.nl

Foto: Lex Banning

0 Shares