Coffeeshops

Ik werd aangenaam verrast door het bericht dat burgemeester Femke Halsema de verkoop van wiet in coffeeshops aan buitenlandse bezoekers aan banden wil leggen, zo niet verbieden. Geen slecht idee. Niet dat ik tegen het roken van een jointje ben. Integendeel. Maar zeker tijdens het toeristenseizoen – en in Amsterdam is dat bijna 365 dagen per jaar – hangt er binnen de Ring een constante wietwalm waar je misselijk van wordt.

Toen ik een tijd geleden na een stedentrip vanuit Italië terugvloog naar Amsterdam, zat ik in een toestel dat voor driekwart was gevuld met jonge, en vooral veel mannelijke Italianen. Twee jongens aan de overkant van het gangpad vroegen mij of ik Amsterdam goed kende. Op mijn bevestigende antwoord kreeg ik lachend een papiertje met pen toegeschoven met het verzoek of ik de locaties van een paar coffeeshops kon opschrijven. Eenmaal op Schiphol stapte er een groep gasten uit, van wie er een de stewardess voor het uitstappen even aanschoot. Of ze wist welke bus ze moesten nemen voor The Bulldog in Amsterdam… En zo zijn er legio voorbeelden te noemen. Niet alleen Italianen, ook Duitsers, Fransen, Britten en Scandinaviërs weten onze hoofdstad te vinden voor een jointje.

Eerder in januari plaatste Het Parool een ingezonden opinie, waar- in wordt gesteld dat een coffeeshopverbod het imago van de stad enorm zal schaden. Er wordt een Amerikaan gequoot: ‘Mensen in Amsterdam hebben geen idéé van hun rol in de wereld, en wat deze heeft betekend voor onze vrijheid’. En de schrijver zelf heeft ‘tal van ‘wietvluchtelingen’ leren kennen, die naar Amsterdam kwamen om – naar eigen zeggen – in vrijheid te kunnen leven’. Leuk, maar als dat de vrijheid van anderen (lees inwoners) te veel beknot door overlast, dan moet je iets doen.

Oké, een verbod gaat misschien wat ver. Achter Halsema staat de naam van een politieke partij, die juist tegen dit soort ingrepen is. Amsterdam is, gelukkig, een tolerante stad. Maar als we een tolerante stad willen blijven, moeten we erkennen dat er grenzen zijn aan die tolerantie. Dat internationale imago zal veel inwoners in de hoofdstad een worst wezen. Als je zomers vanwege de wietlucht geen raam kunt openzetten of je ’s ochtends over een toerist die stoned in je portiek ligt te slapen moet stappen, ben je er wel klaar mee.

Geen verbod? Dan in ieder geval regulering en vooral controle en handhaving op naleven van de regels. Het wordt hoog tijd dat het stadsbestuur eens aan het woonplezier van zijn inwoners gaat den- ken. En dat is juist hetgeen wat Halsema met dit voorstel doet. Wat ze ook als reden geeft om een verbod in te stellen, veel Amsterdammers zullen het toejuichen.

De Italiaanse jongens in het vliegtuig? Die heb ik drie adressen gegeven: Westermarkt 20, Plantage Kerklaan 38 en Reguliersbreestraat 26.

Nol de Vries

0 Shares